Luukdekeijzer.reismee.nl

In de voetsporen van Erik en Janneke traplopen in de jungle

Paihia, vrijdag 22 april

Ik zit al vroeg in de auto en na de zoveelste groene knipoog kan ook ik de autoweg op, weg van Auckland. Een stukje tolweg en ik ben weer in die schitterende landschappen. Ik heb er geen nieuwe woorden meer voor, ze veranderen voortdurend, blijven een lust voor het oog. Op naar Mangawhai Heads. Denk je bij ‘Heads’ aan hoogte, hier zijn de Heads gewoon het strand. Heel mooi, dat wel, maar toch niet wat ik had gehoopt en verwacht. Door naar Whangarei Heads. Hier wel wat hoogte en wát mooi! Ik blijf foto’s maken, filmen, stop even om elke bocht. Mevrouw Tomtom blijft vruchteloos ‘If possible, make a U-turn.’ herhalen, ik rij steeds verder onbedoeld en onbekend land door. Deze schoonheid kent blijkbaar geen einde. Uiteindelijk de U-turn voor het toetje van vandaag, de Whangarei Falls. Een slanke drieling, geknipt voor de ansichtkaart, in tegenstelling tot de woeste krachten van de Huka Falls. Langs een binnenweg kom ik Paihia binnen. The Mousetrap Backpackers lijkt een oude villa, met veel gangetjes, waar ik maar moeilijk de weg in kan vinden.

Na vijf weken voel ik me wel een béétje passen in het geheel van Nieuw-Zeeland. Veel zien, vriendelijkheid alom, links rijden, rechts kijken eer je oversteekt, de gebruiken in de hostels. Toch voelde ik me vandaag een beetje Japanner. Met nog een paar dagen te gaan wil ik toch nog wat dingen zien, ik had bijna gezegd ‘afwerken’. De laatste week wordt het vrij veel rijden. En hoe mooi ook de landschappen, je moet wél je ogen bij de weg hebben. Veel gaat dus, ook letterlijk, aan me voorbij.

Zondag. Het heeft licht geregend, maar de dag belooft mooi te worden. In de voetsporen van Erik en Janneke wil ik van Paihia naar Russell ‘wandelen’. De host legt mij haarfijn uit hoe te lopen. Het eerste deel gaat over de rotsen langs het water. Het is net hoogtij geweest, dus af en toe moet ik ietsje hogerop vluchten om de gretige golfjes te slim af te zijn, die nog grip op mijn enkels proberen te krijgen. Van de rotsen naar een pad boven het water is letterlijk slechts een stap. Al snel zie ik geen water meer en loop door een ware jungle. Slingerend paadje, dichte plantengroei, broeierig warm, omhoog, omlaag, zelfs aan traplopen ontsnap je hier niet, kereru, tui en fantail koerend, kekkerend en kwekkend boven mijn hoofd. Wél glibberig, dus oppassen, ik heb ervaring… Het pad loopt eindeloos door. Wie vindt mij hier, als…? Niks geen nood, ik moet zowaar een paar keer opzij voor joggers die lachend groeten. Hi there! Het is me inmiddels duidelijk dat Nieuw-Zeelanders echte sportievelingen zijn, veel fietsen, wandelen, hardlopen. De trail kronkelt, rijst en daalt onafgebroken. Een weg, ben ik bijna in Russell? Nee, oversteken en een ‘droge’ jungle in. Deze kant van de heuvels krijgt kennelijk meer zon. Een piepklein bordje – je moet ze écht niet over het hoofd zien in dit uitgestrekte bosgebied – verwijst me naar een boardwalk (plankenpad op palen) door wetlands. Het zachte geknetter als van trekbommetjes kan ik niet thuisbrengen. De zon staat hoog en brandt, dus maar hoedje op! Het laatste stuk gaat jammer genoeg langs de weg en om half twee sta ik met een bijna vloeibare pie ???? en een beker slootwater ???? aan het strand bij de haven van het chique Russell. Mooie, houten, koloniaal aandoende gebouwen, één en al toerisme. Een bescheiden pontje kabbelt ons rustig over de wijde baai terug naar Paihia. Zaterdag en vakantie, ook hier veel mensen op de been. Slenterend tussen winkeltjes en barretjes ontdek ik twee bolletjes ijs op een hoorntje. Bolletjés? Voor $NZ 8 twee tennisballen aan overheerlijk ijs!

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!